Intensiteit als graadmeter van verschil
Verschillen in denkpatronen zijn verrijkend voor een team. De variatie in denkwijzen tussen mensen zorgen voor meer veerkracht en creativiteit in de oplossingen die het team ontwikkelt. Maar hoe krijg je een zicht op die verschillen zonder te vervallen in stereotiepen?
Een optie kan zijn dat we de intensiteit waarmee iemand interageert met de wereld zien als graadmeter voor verschillen in denkpatronen. Het was Kazmier Dabrowski die 5 assen definieerde waarop we die intensiteit kunnen afmeten: cognitief (denken), creatief (verbeelden), emotioneel (voelen), psycho-motorisch (bewegen) en sensorisch (ervaren). Die verschillende aspecten zijn relatief makkelijk in te schatten, zowel voor jezelf als voor de mensen om je heen. Bovendien houden ze geen enkel waardeoordeel in.
Zo weet Jolien van zichzelf dat ze hoog scoort op de cognitieve en de psychomotorische assen. Dat vertaalt zich in haar geval in razendsnelle analyses, die ze ook quasi onmiddellijk en aan hoge snelheid deelt met de anderen rond de tafel. Het is helemaal niet haar bedoeling dat anderen daar dan door overvallen voelen, maar dat gebeurt wel. Nu zij en haar teamgenoten beter begrijpen waar dit gedrag vandaan komt,
- kan Jolien dit beter sturen: ze zet haar analyse in een paar woorden op papier, en doodelt daarnaast in haar schrift om de fysieke energie te kanaliseren;
- slaagt het team er beter in dit plaatsen: ze begrijpen dat Jolien hen niet probeert te overdonderen, en dat dit een manier is voor haar om energie te laten stromen;
- zorgt wederzijdse (h)erkenning ervoor dat het makkelijker is om erover te communiceren: “oei, ik schiet weer in mijn intensiteit”, of “Jolien, iets minder energie, asjeblieft” volstaan om te herijken.
Laten overstromen? Of afdammen?
Die intensiteiten kan je zien als water dat op sommige momenten het land overspoeld. Je kan het ondergaan, met als risico dat je overspoeld wordt wanneer je dat echt niet kan gebruiken. Je kan het afdammen, maar dan creëer je een meer dat een steeds grotere druk op de dam zet. Accepteer je dan ook dat de dam vroeg of laat breekt, met alle gevolgen van dien?
Zelf ben ik ervan overtuigd dat het kanaliseren van al dat water het meeste kans op succes biedt. Je kracht gericht inzetten waar die van belang is voor jezelf én voor je teamgenoten. Als team ook het gesprek aangaan: wie brengt welke sterke punten mee, wie heeft ondersteuning nodig bij welke zaken, en hoe kunnen we die puzzel leggen?
Als we even teruggaan naar het voorbeeld van Jolien: nu is het ook duidelijk voor het team waarom zij het altijd zo goed doet bij pre-sales gesprekken. Ze analyseert terwijl de klant vertelt, kan onmiddellijk aftoetsen of ze het goed begrepen heeft, en verdere vragen stellen. Daardoor zijn haar dossiers altijd heel sterk onderbouwd. Haar denk- en spreeksnelheid, daarentegen, wordt niet altijd op prijs gesteld. Daarom spreekt het team af dat de collega die aanwezig is bij het gesprek Jolien discreet zal laten weten wanneer haar intensiteit met haar op de loop gaat, zodat ze op tijd kan bijsturen. Win voor Jolien, win voor het team én win voor de klant!